De voorjaarsvakantie begint. Tijdens het avondeten gaan we met elkaar in gesprek over onze plannen voor de komende week. Onze dochters zijn 13 en 11 en hebben zelf een duidelijke mening over wat ze wel en niet willen. Tijd doorbrengen met vrienden, logeerpartijtjes, shoppen, naar het planetarium in Utrecht. Maar ook: gamen en series kijken op Netflix.

Inmiddels ben ik door schade en schande wijzer geworden en ga ik niet over alles de discussie aan. Dus voeren we een mooi en open gesprek over wat zij goede afspraken vinden waar we met z’n allen achter kunnen staan. Zo gezegd, zo gedaan.

De eerste dag van de vakantie. Onze jongste komt woedend uit bed: ‘Ik heb me verslapen en nu mag ik nog maar een kwartier op de computer.’ Boos is ze. En niet zo’n beetje ook.

Vervolgens komt de oudste dochter naar beneden. ‘Mam, ik moet voor mijn huiswerk voor Frans twee keer een Franse film kijken. Eén keer met ondertiteling en één keer zonder ondertiteling. Dat valt niet binnen mijn schermtijd toch?’

En zo beginnen de onderhandelingen. Na mijn eerste reactie (een diepe zucht) moet ik lachen om de creativiteit waarmee ze met excuses en oplossingen komen. En ik krijg zelf ook feilloos de spiegel voorgehouden als mijn telefoon gaat en ik op wil nemen: ‘Mam, dan mag jij ook niet op een scherm.’ En ze hebben gelijk.

Het valt nog niet mee. Die telefoon en computer wegleggen. Ik dacht dat ik me best bewust was van mijn telefoongebruik maar hoe makkelijk je toch afgeleid raakt van waar je mee bezig bent door ‘even je telefoon te checken’.

Inmiddels zijn we een paar dagen onderweg en hebben de meiden ‘zich dood verveeld’. Maar ik zie ook dat er weer gekleurd en geknutseld wordt. Dat de lego de hele zoldervloer bedekt. Dat we een extra fietsritje naar de bieb hebben gemaakt want de boeken zijn al uit. Dat er meer ruimte is voor kleine gesprekjes. En dat ik zelf ook overdag een boek heb gelezen en dat we samen naar het bos zijn geweest en een stuk hebben gewandeld.

Het zet mij weer aan het denken. We hebben samen een fijne vakantie in en om huis gehad. En ik ben me er heel bewust van geworden dat kinderen doen wat je doet. Niet wat je zegt. Dat gaat over hoe je omgaat met je mobiel, over hoe je omgaat met voeding, met bewegen, met hoe je met anderen omgaat. Dat vraagt van mij dus ook heel bewust zijn van wat ik doe en voorleef. En dat valt nog niet altijd mee.

Wat voor ons heeft gewerkt:

  • Samen afspraken maken werkt.
  • Ons aan de afspraken houden ook (dus ook ik).
  • De meldingen op mijn telefoon uitzetten.
  • Accepteren dat de onrust er in het begin even bij hoort.
  • Ervaren dat je meer tijd en ruimte hebt voor andere dingen die ook leuk zijn.

Wat heeft het me opgeleverd?

In het begin voelden we ons allemaal wat onrustig. Ontstond er ook wel wat spanning en strijd. Maar toen we daar eenmaal doorheen waren kwam er meer tijd, ruimte en energie om andere dingen te doen. Samen, maar ook alleen.

Dus stel jezelf eens de vraag: Heb jij helder voor jezelf wat je belangrijk vindt? En leef je hier ook naar? Het is absoluut niet mijn intentie om met vingertjes te wijzen, maar mij drukte de afgelopen week weer even met mijn neus op de feiten en dat deel ik graag met je.

Ik ben benieuwd naar jouw verhaal.